Conclusie
Hoofdvraag 1: Wat is er in de literatuur bekend over sociale media en web 2.0?
Sociale media zijn gebruiksvriendelijke platformen waar geïnteresseerde gebruikers informatie delen met elkaar en zodoende de inhoud verzorgen. Doordat het internet in de loop der jaren steeds socialer en gebruiksvriendelijker is geworden zijn er steeds meer mogelijkheden ontstaan. Deze ontwikkelingen worden door O’reilly (2005) omschreven als het veranderen van web 1.0 naar web 2.0.
De gebruiker kan op vijf verschillende manieren invulling geven aan het internet. Dit kan door het genereren, labelen, linken en combineren van informatie en door het internetgedrag te beïnvloeden. Veel voorkomende web 2.0 toepassingen waar deze invulling plaats vindt zijn: Blogs, Wiki’s, social bookmarking en social tagging, sociale netwerken en virtuele werelden (Kennisnet, 2009).
Hoofdvraag 2: Op welke manier kunnen web 2.0 toepassingen van waarde zijn voor het voortgezet onderwijs?
Web 2.0 toepassingen kunnen voor zowel docenten als leerlingen van waarde zijn op het voortgezet onderwijs. Door het gebruik van sociale media is het mogelijk om een eigen leeromgeving te creëren, die kan zorgen voor bevordering van de motivatie en vergroting van verbondenheid onder leerlingen. Ook vergroot het werken met sociale media en web 2.0 toepassingen de ontwikkeling van de ‘’21st century skills’’. Dit zijn competenties die zijn opgesteld voor de eenentwintigste eeuw en in de huidige samenleving een steeds belangrijkere rol gaan spelen (Rubens, 2011). Volgens Mijland (2011) vraagt de veranderende maatschappij om een andere manier van denken waarbij meer aandacht nodig is voor de denkvaardigheden van leerlingen, zoals het leren om te sorteren, classificeren, vergelijken, selecteren, waarderen en beoordelen. De informatie bestaat veelal uit losse en kleine stukken waar de lezer zelf betekenis aan moet geven.
Creativiteit is volop mogelijk met web 2.0 toepassingen. Het creatief denken is mogelijk door het maken van mindmaps en het creatief verwerken kan gebeuren door middel van een video, collage op Glogster of blog op Wordpress.
Wiki’s bieden een uitstekende mogelijkheid om samen kennis op te bouwen. Deze kennis kan met een breed publiek gedeeld worden waardoor leerlingen meer aandacht en zorg willen besteden aan het product.
Communiceren met een historicus of mensen uit de politiek wordt een stuk gemakkelijker met het gebruik van bijvoorbeeld Twitter. Deze vormen van sociale media zorgen ervoor dat grenzen voor communicatie kunnen worden doorbroken en het mogelijk is om plaats- en tijdonafhankelijk kennis met elkaar te delen.
Juiste toepassing van ICT kan leiden tot betere leeropbrengsten. Een grote rol hierin speelt de docent en zijn vaardigheden. Om ICT op een goede manier in te zetten is het belangrijk dat de docent zich ontwikkelt op het gebied van pedagogisch-didactisch handelen, werken in de schoolcontext en professionele ontwikkeling.
Het gebruik van web 2.0 toepassingen als hulpmiddel kan op de volgende vijf manier worden ingezet:
Hoofdvraag 3: Op welke wijze kunnen functionele web 2.0 toepassingen als hulpmiddel worden toegepast in het onderwijs op Schaersvoorde?
Aan de hand van een interview met drie docenten van Schaersvoorde zijn er elf web 2.0 toepassingen gekozen die uitgewerkt terug te vinden zijn in de bijlage. De web 2.0 toepassingen zijn inzetbaar tijdens het verwerken en leren van stof door leerlingen. De uitwerkingen zijn voorzien van doelen, benodigdheden, voorkennis van de docent, voorbereiding van de docent, wat de leerkracht doet, welke vaardigheden en competenties de leerlingen oefenen, hoe de werkwijze eruit ziet en wat de mogelijkheden voor activiteiten zijn.
Aan de hand van de vier in balans monitor zijn de menselijke factoren visie en deskundigheid beschreven.
Schaersvoorde heeft in haar visie op leren beschreven dat leerlingen een eigen manier van leren mogen kiezen en ontdekken. Momenteel wordt er vooral nog gewerkt vanuit boeken, waarbij de docent de les naar eigen smaak kan inrichten.
Op de korte termijn worden docenten met interesse voor het werken met ICT gestimuleerd en wordt er een inventarisatie gemaakt van de ICT-infrastructuur die niet op orde is.
Op de lange termijn wil Schaersvoorde zich onderscheiden als kleine school met modern onderwijs, waarin tijd beschikbaar wordt gesteld voor leerlingen om te leren en oefenen met het gebruik van ICT in het algemeen. Ook zal er een beschrijving worden gegeven van de kennis van ICT die een leerling dient te bezitten op het moment dat deze de school verlaat.
Om de deskundigheid onder het personeel te vergroten wordt geadviseerd om lessen met ICT te ontwerpen met ondersteuning van het TPACK model.
Sociale media zijn gebruiksvriendelijke platformen waar geïnteresseerde gebruikers informatie delen met elkaar en zodoende de inhoud verzorgen. Doordat het internet in de loop der jaren steeds socialer en gebruiksvriendelijker is geworden zijn er steeds meer mogelijkheden ontstaan. Deze ontwikkelingen worden door O’reilly (2005) omschreven als het veranderen van web 1.0 naar web 2.0.
De gebruiker kan op vijf verschillende manieren invulling geven aan het internet. Dit kan door het genereren, labelen, linken en combineren van informatie en door het internetgedrag te beïnvloeden. Veel voorkomende web 2.0 toepassingen waar deze invulling plaats vindt zijn: Blogs, Wiki’s, social bookmarking en social tagging, sociale netwerken en virtuele werelden (Kennisnet, 2009).
Hoofdvraag 2: Op welke manier kunnen web 2.0 toepassingen van waarde zijn voor het voortgezet onderwijs?
Web 2.0 toepassingen kunnen voor zowel docenten als leerlingen van waarde zijn op het voortgezet onderwijs. Door het gebruik van sociale media is het mogelijk om een eigen leeromgeving te creëren, die kan zorgen voor bevordering van de motivatie en vergroting van verbondenheid onder leerlingen. Ook vergroot het werken met sociale media en web 2.0 toepassingen de ontwikkeling van de ‘’21st century skills’’. Dit zijn competenties die zijn opgesteld voor de eenentwintigste eeuw en in de huidige samenleving een steeds belangrijkere rol gaan spelen (Rubens, 2011). Volgens Mijland (2011) vraagt de veranderende maatschappij om een andere manier van denken waarbij meer aandacht nodig is voor de denkvaardigheden van leerlingen, zoals het leren om te sorteren, classificeren, vergelijken, selecteren, waarderen en beoordelen. De informatie bestaat veelal uit losse en kleine stukken waar de lezer zelf betekenis aan moet geven.
Creativiteit is volop mogelijk met web 2.0 toepassingen. Het creatief denken is mogelijk door het maken van mindmaps en het creatief verwerken kan gebeuren door middel van een video, collage op Glogster of blog op Wordpress.
Wiki’s bieden een uitstekende mogelijkheid om samen kennis op te bouwen. Deze kennis kan met een breed publiek gedeeld worden waardoor leerlingen meer aandacht en zorg willen besteden aan het product.
Communiceren met een historicus of mensen uit de politiek wordt een stuk gemakkelijker met het gebruik van bijvoorbeeld Twitter. Deze vormen van sociale media zorgen ervoor dat grenzen voor communicatie kunnen worden doorbroken en het mogelijk is om plaats- en tijdonafhankelijk kennis met elkaar te delen.
Juiste toepassing van ICT kan leiden tot betere leeropbrengsten. Een grote rol hierin speelt de docent en zijn vaardigheden. Om ICT op een goede manier in te zetten is het belangrijk dat de docent zich ontwikkelt op het gebied van pedagogisch-didactisch handelen, werken in de schoolcontext en professionele ontwikkeling.
Het gebruik van web 2.0 toepassingen als hulpmiddel kan op de volgende vijf manier worden ingezet:
- Het verplaatsen van leersituaties;
- Auditieve en visuele ondersteuning voor leerlingen;
- Het aantrekkelijker maken van bestaande lessen;
- Het verwerken en leren van stof door leerlingen;
- De eigen ontwikkeling van docenten.
Hoofdvraag 3: Op welke wijze kunnen functionele web 2.0 toepassingen als hulpmiddel worden toegepast in het onderwijs op Schaersvoorde?
Aan de hand van een interview met drie docenten van Schaersvoorde zijn er elf web 2.0 toepassingen gekozen die uitgewerkt terug te vinden zijn in de bijlage. De web 2.0 toepassingen zijn inzetbaar tijdens het verwerken en leren van stof door leerlingen. De uitwerkingen zijn voorzien van doelen, benodigdheden, voorkennis van de docent, voorbereiding van de docent, wat de leerkracht doet, welke vaardigheden en competenties de leerlingen oefenen, hoe de werkwijze eruit ziet en wat de mogelijkheden voor activiteiten zijn.
Aan de hand van de vier in balans monitor zijn de menselijke factoren visie en deskundigheid beschreven.
Schaersvoorde heeft in haar visie op leren beschreven dat leerlingen een eigen manier van leren mogen kiezen en ontdekken. Momenteel wordt er vooral nog gewerkt vanuit boeken, waarbij de docent de les naar eigen smaak kan inrichten.
Op de korte termijn worden docenten met interesse voor het werken met ICT gestimuleerd en wordt er een inventarisatie gemaakt van de ICT-infrastructuur die niet op orde is.
Op de lange termijn wil Schaersvoorde zich onderscheiden als kleine school met modern onderwijs, waarin tijd beschikbaar wordt gesteld voor leerlingen om te leren en oefenen met het gebruik van ICT in het algemeen. Ook zal er een beschrijving worden gegeven van de kennis van ICT die een leerling dient te bezitten op het moment dat deze de school verlaat.
Om de deskundigheid onder het personeel te vergroten wordt geadviseerd om lessen met ICT te ontwerpen met ondersteuning van het TPACK model.